U bent hier
Bouw Oosterweelverbinding begin 2017 van start

De eerste spadesteek voor de bouw van de Oosterweelverbinding moet begin 2017 in de grond. Dat maakte de Vlaamse Regering bekend, die ook belangrijke knopen doorhakte over de financiering en uitvoering van dit ambitieuze project. Oosterweel zal publiek gefinancierd worden en gesplitst in vijf deelprojecten. “Gezien de omvang en complexiteit van het project en de verstrengde Europese begrotingsregels is dat de beste aanpak”, aldus Vlaams minister-president Geert Bourgeois.
De Vlaamse Regering wil dit jaar al van start gaan met een aantal voorbereidende werken. Concreet gaat het om het verplaatsen van nutsvoorzieningen, het saneren van het Lobroekdok, de werken aan de Noorderlaan, de Schijnpoort en de IJzerlaan/IJzerlaanbrug, en de verwerving van verschillende gronden. Met het oog op die werken wordt de aanpak ‘minder hinder’ versterkt en verruimd. Zo is er een akkoord om acht voltijdse bereikbaarheidsmanagers aan te werven. “We hebben de verzuchtingen van de middenstandsorganisaties gehoord”, zegt Vlaams minister van Mobiliteit Ben Weyts. “We willen iedereen optimaal informeren en voorbereiden op de vele grootschalige werkzaamheden die de komende jaren gepland zijn in en rond Antwerpen.”
Baten overtreffen kosten
De realisatie van de Oosterweelverbinding vergt een aanzienlijke investering, geeft minister-president Bourgeois toe. “Maar als we het niet doen, zijn de kosten op termijn vele malen hoger”, waarschuwt hij. “Per jaar uitstel dreigen er 330 tot 450 miljoen euro aan maatschappelijke kosten. Anders gezegd: elke dag uitstel kost één miljoen euro!”
Tegelijk wijst de minister-president op de positieve maatschappelijke baten van het project (MKBA). Die zijn op 14 miljard euro berekend. Tel daarbij nog 2,9 miljard euro aan indirecte baten, doordat de realisatie van de Oosterweelverbinding meer dan 10.000 arbeidsplaatsen oplevert, en je begrijpt waarom dit infrastructuurproject zonder meer prioriteit geniet. “Dit dossier is simpelweg te belangrijk voor onze economie en onze welvaart om het nog langer te laten aanslepen”, stelt Bourgeois. ”Het is een investering in de toekomst.”
Vanaf 2022 worden de kosten voor de realisatie van de Oosterweelverbinding bovendien volledig terugverdiend door de verwachte tolinkomsten. Die zal de regering de komende decennia aanwenden om de financieringsschuld terug te betalen. Er komt dus een structureel evenwicht tussen investeringen vandaag en inkomsten morgen. Zo worden toekomstige generaties niet belast.
Overkapping bestuderen
Bij een infrastructuurproject met de omvang en complexiteit van de Oosterweelverbinding is het niet aangewezen om te werken met één gunning. Als je het project opsplitst, kan de prijsconcurrentie op de markt de kosten drukken. Er komen dus deelprojecten die elk apart aanbesteed worden, waarbij telkens de meest geschikte aanbestedingsvorm wordt gekozen. Concreet gaat het om de volgende deelgebieden: Linkeroever, Scheldetunnel, Oosterweelknooppunt, Kanaaltunnels en R1-Noord.
De Vlaamse Regering zal ten slotte ook een studie laten uitvoeren naar een mogelijke overkapping van de zuidelijke Ring. De Oosterweelverbinding zorgt er alvast voor dat de noordelijke Ring grotendeels in tunnels loopt. Het viaduct van Merksem wordt afgebroken, de Ring gaat onder het Albertkanaal en in open sleuven waar reeds overkappingen zijn voorzien. Het ontwerp wordt aangepast zodat het open gedeelte later overkapt kan worden.
Voor de zuidelijke Ring voorziet men in een plan van aanpak dat concrete stappen en engagementen inhoudt voor implementatie en ook voldoende middelen ervoor vrijmaakt. Het mag immers niet blijven bij een zoveelste studie.