U bent hier
Bourgeois: "Uitspraak Europees Hof van Justitie heeft geen enkele betrekking op CETA"

Op 06 maart 2018 deed het Europees Hof van Justitie een belangrijke uitspraak over de bescherming van investeringen tussen lidstaten van de EU. Naar aanleiding van een arbitragebeding tussen Nederland en Slowakije, oordeelt het Europees Hof van Justitie dat er in akkoorden tussen EU-lidstaten geen sprake kan zijn van bilaterale privé-arbitrage omdat dit strijdig is met het Unieverdrag. Dit arrest heeft dus geen betrekking op verdragen tussen de EU of EU-lidstaten en derde landen zoals bij CETA.
De minister-president verwelkomt dit arrest van het EU Hof van Justitie: “Binnen de Europese Unie is er een eengemaakte rechtsruimte die het vrij verkeer van personen en diensten, maar ook de vrijheid van vestiging en het vrij verkeer van kapitaal garandeert. Het komt niet toe aan privé-scheidsgerechten om zich over de uitlegging en toepassing van het Unierecht ter zake uit te spreken. Vandaag is het duidelijk dat alleen het Hof van Justitie de finale scheidsrechter kan zijn voor investeringsbeschermingsgeschillen binnen de Europese Unie”.
De minister-president wijst er evenwel op dat Vlaamse bedrijven bij investeringsgeschillen met derde landen buiten de EU wel nog steeds een beroep moeten kunnen doen op moderne privé-arbitrage “omdat nu eenmaal niet elk derde land buiten de Europese Unie dezelfde hoge rechtsbescherming kent als deze die we onder finale juridische controle van het Hof van Justitie in het eengemaakt rechtelijk stelsel van de Unie kennen”.
Het Hof spreekt zich in deze niet uit over internationale akkoorden die de Europese Unie of EU-lidstaten, sluiten met derde landen. Het Hof spreekt zich ook op geen enkel moment uit over het International Court System (ICS) dat bij CETA wordt gebruikt, maar wel over een specifiek ISDS-mechanisme in een bilateraal investeringsakkoord tussen Nederland en Slovakije. “De uitspraak van het Hof heeft geen enkele betrekking op het ICS van het CETA-verdrag. Ik stel vast dat sommigen alles op een hoopje gooien om hun verzet tegen CETA goed te praten, maar dat is niet verstandig. Faire en vrije handel leidt tot welvaart en verstandhouding. Als sommige partijen de protectionistische lijn willen volgen, dan is dat erg onverstandig. Zeker voor Vlaanderen, de derde meest open economie ter wereld. CETA is bovendien het toonbeeld van een modern vrijhandelsakkoord met bescherming inzake milieu, gezondheid, arbeidsrechten, openbare diensten en moderne investeringsbescherming.
Op de interministeriële conferentie buitenlands beleid van 2 maart werd een politiek akkoord bereikt over een nieuw investeringsbeschermingsverdrag dat de Belgisch-Luxemburgse Unie (BLEU) voortaan wereldwijd kan afsluiten.